Mijn naam is Arawn. Ik ben de heer van het Verbrande Land. De koning van de hel. De vorst van de doden. De mensen vrezen me. Ze hebben gelijk. Ik ken geen medelijden. Ik haat zwakheid. Ik ben de god van de woede. De wrekende god. Toch is dat niet altijd zo geweest. Luister dus naar mijn verhaal… Ik dacht mijn vijand te kennen. Ik waande hem ver weg in het land van Erin… Ik had ongelijk. Hij was er altijd al geweest. Dichtbij. Dichtbij mijn hart. Ik dacht dat hij mijn bondgenoot was, mijn vriend, mijn gezel. Ik had een blind vertrouwen in hem. Ik luisterde naar zijn woorden. De bloedketel… Maar hij gebruikte me, net zoals hij anderen gebruikte. Om zijn machiavellistisch plan uit te voeren…